zondag 18 februari 2018

30 mag dat wel..?

Gisteren kreeg ik de laatste 'nieuwsbrief' van de vrouw die haar laatste levensdagen probeerde door te komen. Schok!! Het was niet door haarzelf geschreven, maar door een familielid. De tijd stond even stil, de haan stopte met kraaien, ik met ademen.
"Oh nee! Ach gosj... Oh. Oh..oh.."
Die middag was ze temidden van haar kinderen en familie heen gegaan.
Zucht. Verschrikkelijk verdrietig dat het zo moest gaan. Waarschijnlijk heeft ze gevochten met de beslissing er wel of niet een einde aan te maken. Ik vermoed het alleen, weten doe ik het niet. Ik vroeg ernaar de laatste keer dat ik met haar chatten op Messenger. Ze was er nog niet uit. Willens en wetenschap je kinderen en je ouders, je man alleen achterlaten. Ga er maar aan staan.
Vier jaar geleden was ze met haar moeder in Tanzania. Ze genoot er nog steeds van. Daarom las ze trouw dit blog en stuurde ik haar plaatjes van hier. Zonsondergangen, maar ook vrolijke kusjes sturende kids.

Lieve Nicolette, je hebt een naam, ik zal jou met je moed en je power en je stralende lach nooit vergeten!! Rust in Vrede lieverd! Big hug van mij, Tien

Malang zingt: " ..early in the morning, are you sleeping, Praise the Lord.."

woensdag 14 februari 2018

29 van zeven naar acht

Morgen is het acht jaar geleden dat Malang met geweld ter wereld kwam. De weeën hielpen niet en dus zocht de vroedvrouw haar toevlucht tot een ingreep harerzijds. Ze klom bovenop  de enorme buik van Matou en perste zijn enorme hoofd er domweg uit.  Zijn moeder was zo van streek door de pijn dat ze  van geen baby wilde weten. Zijn naam werd Malang Mannen Kalis.

Vandaag kreeg ik  per ongeluk een kopstoot van hem: wat een keiharde kop voor zo'n jochie van bijna acht.
Sinds ik in de Roundhut woon, vertoeft hij bij mij als ik in Gambia ben. Was het de bedoeling dat ik zijn oma zou worden, in de praktijk ben ik zijn tweede moeder. Een ouwe moeder. Die hem s'avonds in een warm bad doet en een slaapliedje zingt. Heel ouderwets, maar hij wil het niet missen. Hij kruipt met zijn knuffels om acht uur schoon gewassen onder het laken en begint zelf al te zingen.
"Am I still seven?" vroeg hij vanavond.
"Jaja, nog wel.. morgenochtend ben je acht'.
"And after that?"
"Dan ben je een heel jaar acht".
Dat gaf te denken. Hij was er stil van. Tijdens het zingen vielen zijn oogjes al dicht.
"Suto a dia Malang, slaap lekker.. for soma.. Tot morgen.." en weg was hij, in dromenland.
In de koelbox staan vier overvolle flessen baobab juice. Door Oumi gemaakt. Cake erbij en ballonnen, dan is het wel feest. Het lijkt wat karig, maar voor een kind dat in Gambia woont is het heel bijzonder. Verjaardagen worden niet gevierd. Als ze al weten wanneer ze geboren zijn.

dinsdag 13 februari 2018

28 links en rechts en links maar weer..

De zon staat loodrecht boven de compound in Darousalam. Op de veranda is het redelijk koel door een zacht briesje. Op het muurtje zitten drie kindjes met een naakte pop te spelen. Ze draaien aan de dikke beentjes en armpjes. Met een oog dicht ondergaat de pop het gewring en getrek. Ze schudden het heen en weer. Klots-klots doet het water in het lijf van de pop, om daarna ongeïnteresseerd op de betonnen vloer te belanden.
Makam en Ebrima scheppen zand in 'emmers'. Afgedankte jerrycans met een hengsel van touw. De tafel van de Stove is bijna klaar. Hij hoeft alleen nog gevuld met zand en vlak worden gepleisterd.
Om hier te komen was een klein drama. Wullinkamma zou het heten waar we naartoe moesten. Nu blijkt dat dat slechts een regio aanduidt. Zigzag, links en rechts, omkeren en weer links en rechts  tot mijn oriëntatie tot nul gereduceerd was. Bellen met de heer des huizes leek niet echt te helpen. Dus weer slalommen tot we een ons wogen en we eindelijk de 'alcalo shop' gevonden hadden. Vandaar besloot ik geen meter verder meer te rijden. Gevieren rookten we een sigaret tegen de stress en wachtten op de dingen die komen zouden. Helaas kwam er niet veel meer dan een zoveelste telefoontje met uitleg hoe we in Darousalam moesten komen. Darousalam? Nog niet eerder hadden we de naam van dit dorp gehoord. Met een diepe zucht startte ik toch maar weer de jeep. Na enig gezigzag zagen we een wit blauwe moskee. Bellen maar weer. En toen konden we eindelijk de heer des huizes verwachten. Een lange wat oudere man die duidelijk geopereerd was aan zijn keel, te zien aan de flink opgezette strot.
"I could not come to you. Is too far for me. I am just from operation".
Ik knik dat ik het begrijp. Op het heetst van de dag komen we aan op de compound waar we de Stove gaan bouwen. Ik stuur een meisje naar de shop om suiker, greentea en houtskool te kopen. Attaya maakt een hoop goed, weet ik.
Over ruim een week, als mijn vakantie achter de rug is, komen we hier terug. Hopelijk rij ik er dan regelrecht op af.

vrijdag 9 februari 2018

27 Rijst ..met een vage saus..

Vrijdag rustdag. Na wat zeer handige tips over uitharden van cement hadden we dus opeens niks meer te doen aan de stoves. Gelukkig lag de Stove in een heerlijke Lodge aan zee uit te harden. Het kan slechter.
Aan het strand waren de boys door het dolle heen. De altijd zo stille Ebrima was in de jeep al samen met mij rap-duetten aan het oefenen op mijn aangeheven "The Times they are a changing" van Bob Dylan. Zijn zachte hoge stem rapte "..Mama Africa, tingelingeling.." en zijn gezicht met het lange dunne sikje glinsterde van blijdschap. Ontroerend.
Aan het strand zag ik hem in de verte nog steeds zingen met gespreide vingers , links, rechts, swingend over het harde zand. Pa begon spontaan tekeningen te maken van een koe verderop. En Makam rende vrolijk op en neer naar de 'shop' in de Bush om sigaretten te halen. En ik? Ik plonste met m'n voeten door het koele water van de zojuist gelande golven.
Ondertussen nog even een De Waard tent die me al tijden in de weg staat verkocht aan de Lodge. Vakantiegeld voor volgende week. Want dat ik er echt even uit moet werd vanmiddag wel duidelijk. Eenmaal thuis voelde ik me opeens giga gestresst. Ik moest terug naar zee. Nee, ik moest niks en belandde op bed. Na een woelig slaapje toch naar zee? Zwemmen tegen de stress? Jazeker, maar alleen, zonder Malang.
Het was al over vijfen toen ik de golven indook. Ze knalden tegen m'n lijf en het liefst had ik terug gebokst. Hoe heb ik toch zoveel spanning op kunnen bouwen?
Zittend op de rand van een bedje biggelde er opeens een traan. Ok, het zij zo, het zal wel zijn bedoeling hebben. Op m'n hoofd zong Tracey Chapman dat ze een hug nodig had "Tonight!"
Tsja, waar haal je die zo snel vandaan in een land waar ze van aanhalen geen kaas hebben gegeten. Niet dus.
Dan maar een glas koele witte wijn. En naar de bootjes op zee kijken.
Veel te laat - de zon was zojuist onder gegaan -  kwam ik thuis. Malang! schoot het door me heen. Ach, Africa, hij is wel ergens. 
" You are very late" stond hij opeens op de veranda. Ja klopt, "maar anders wacht ik altijd op jou!"
Hop! in de routinemodus maar weer. Water koken voor bad, rijst verwarmen en poezen eten geven.
Zittend aan zijn bordje rijst presteerde ik het om 'even' te zeggen dat zijn moeder gebeld had, dat haar stepmothers been geamputeerd was gisteren.
Shit! Malang verstarde, nam geen hap meer en keek in het niets voor zich uit. Ongetwijfeld probeerde hij zich een beeld te vormen van Manjie in een ziekenhuisbed. Hoe kon ik zo ontactisch zijn?! Manjie heeft vaak voor hem gezorgd als ik er niet was.
Ik probeerde uit te spreken hoe hij zich duidelijk voelde, verdrietig. Zo zaten we samen stil boven een inmiddels koud geworden bordje rijst.. met vage saus.
Een warm bad en naar bed. Morgen gaat de zon weer op en gaan we voor een herkansing.

zaterdag 3 februari 2018

26 zeventien graden overwegend zonnig

Tik-tik-tikkerdetikk!
Ik lig warm onder m'n dekbedje.
Tik-tikk-TIKK-TIKKK!
Wat is dat nou?! Vogels op het dak, in het donker? Ik kan m'n oren niet geloven: regen!
De hele dag stormde het en de lucht was zwaar bewolkt. In Nederland denk je meteen: regen op komst. Hier niet in februari. Klimaatverandering, Afrika zou als eerste aan de beurt zijn volgens de krant die ik eenmaal per week ophaal van internet. Regen dus.
Toeval bestaat niet. De jongen die mijn planten bewatert schitterde in afwezigheid de laatste dagen. De bladeren aan de bananenplanten kleurden geel. Toen pas kwam ik op het idee te kijken of er eigenlijk wel water gegeven is. Nee dus. Bij navraag hoor ik dat hij iets aan zijn voet zou hebben. Niet even melden natuurlijk.
Ik haalde gisteren een paar emmers op uit de put, domang domang, langzaam langzaam. Want om m'n lijf nou nog meer te nekken dan ik al doe, niet dus.
Nu is het de volgende ochtend. Het is kil. Zeventien graden zegt m'n mobiel. Zittend op de wrakke stoel op de veranda laat ik mijn ogen over de compound dwalen. Zijn de bomen schoon geregend? Al het stof eraf zodat ze weer mooi groen zijn? Helaas, daar was het duidelijk te weinig regen voor. Een stortbui, dat hebben ze nodig. Hoe het verder moet als de jongen wegblijft wil ik liever nog even niet over nadenken.
"Stik de moord maar" denk ik als ik naar de bananen kijk. Tegen de tijd dat ze produceren ben ik weg en wordt het door weet-ik-wie geoogst. Jammer dan. Maar de planten rond de Roundhut gaan me wel aan het hart. Niet aan denken nu en drink mijn vers geperste grapefruit- en sinaasappelsap.
Rust. Saama saama, good morning!

Malang is het weekend naar zijn vader, of zijn moeder, of beiden, of geen van beiden, in Kartong. Heerlijk alleen voor mezelf zorgen. Vandaar die beker sap. Daar heb ik nooit tijd voor als hij naar school moet. Maandag pas weer. En de boys die de Stove metselen zijn dit weekend naar Bullock om er een te maken.
Baas zijn heb ik geen ervaring mee, maar nu heb ik drie jongens "under me" zoals ze hier zeggen. Vanochtend vroeg zijn ze met twee man vertrokken als het goed is.  "When everybody still is sleeping we take the first Bushtaxi". Ok, daar moeten ze geld voor hebben. Ik moet er niet aan denken dat ze hier om zes uur voor de deur staan om dat op te halen. Dus gisteren Pa gesommeerd het direct hier op te halen want ik heb mezelf een gezellig avondeten met Marijke beloofd.
Geld doet rennen. Hij is er met een paar minuten. Ik maak een lijstje wat voor wie is en doe er wat extra's bij voor attaya, de sterke groene thee die ze hier drinken zoals wij een sterke espresso. En weg is hij weer.
Loslaten is niet mijn sterkste punt. Ik denk erover na wat ze in Bullock wanneer moeten doen. Zaterdag de 'tafel' bouwen. Zondag komt Pa er bij die de Stove zelf zal metselen. Maandag de schoorsteen met zijn drieën.  Omdat we dit niet allemaal alleen kunnen doen en ik de Stove het liefst verspreid zie over heel Gambia ( hoezo ambitieus?) , kom ik terug op mijn oude plan. Lokale metselaars 'opleiden'. Oei! Pa wil het liefst alles zelf blijven doen maar dat zal als het goed gaat godsonmogelijk worden. Alleen al vanwege geen vervoer als ik weg ben. Laten we dus proberen voorbeeld stoves neer te zetten buiten Gunjur en metselaars mee laten kijken als die gebouwd wordt. Die kunnen foto's met hun mobieltje maken en het idee kopiëren. En dat ben ik Pa dus vergeten uit te leggen helaas. Het is nog niet te laat. Hij heeft vandaag elders een job te doen dus misschien vanavond even vragen of hij langskomt.
Weekend, ja ja, maar wel je kop erbij houden Tien! Enjoy!!

Trringg! De man in Bullock aan de telefoon. Waar ze blijven, het is half tien. Ik vloek, heb geen nummer van ze.
"They will come, I gave them money for transport" probeer ik hem gerust te stellen. Pa bellen maar, laat hij het maar regelen.

donderdag 1 februari 2018

25 de Tiende van Tien

Vandaag zouden we eigenlijk moeten vieren: de tiende Stove is afgemaakt door Pa en Ibrima, de tweede apparentice/ knecht. Makam, de eerste knecht, had ik nodig om een tweede pallet stenen te kopen in Bonto. Want ik doe veel, maar stenen en cement sjouwen is er niet bij.
De weg naar Bullock, ons einddoel na Bonto,  is prachtig. Was het 10 jaar geleden nog een rode stoffige zandweg - oren, ogen, neusgaten, alles was gevuld met oranje stof na de rit - nu slingert er een super asfaltweg tussen de palmboombossen door.  Ook gaat het soms omhoog en omlaag, een feest voor het oog.
Maar eerst dus naar de steenfabriek in Bonto. Omdat ik mijn jeepje niet wil overbelasten - helemaal niet na de kostbare reparatie gisteren - probeer ik met de boekhouder af te spreken dat ik het in gedeeltes ophaal. Het is een Senegalees die geen Engels spreekt, maar Frans en Wolof. Mix daar mijn Mandinka doorheen en je snapt dat ik mezelf nog het beste met gebaren duidelijk kan maken. Ik wil de helft later ophalen.
"Ah, moitiee moitiee".
Achter in mijn hoofd begint het te dagen.
"Oui oui,half half"
Maar dan komt het. Ik wil namelijk eerst 28 stenen apart vervoeren naar Bullock waar we een voorbeeld Stove gaan bouwen. Niet half half? Ja,maar eerst 28 eraf!
Ondanks de spraakverwarring rijd ik even later tussen de malainabomen het terrein af. Met achtentwintig stenen.
In Bullock wacht de familie me op. In het apart geplaatste huisje zijn de drie golfplaten deuren dicht. Ik vermoed dat een ervan de kookhut is.
Jaja, lacht de vrouw des huizes, Isatou, dat klopt. En ze opent de deur. Een enorme walm slaat me in het gezicht. Ik probeer even naarbinnen te gaan om aan te wijzen hoe groot de Stove wordt, maar de rook is zo erg dat ik blind naar buiten struikel over de kookpotten.
Nog steeds begrijp ik niet dat niemand op het idee is gekomen om deze absurde antieke manier van koken af te schaffen.
Ik hoest en proest en sla op mijn borst om duidelijk te maken dat dat niet goed is.
"Abanta le!" Weg ermee, lach ik.
Jajaja knikt iedereen. Duidelijk blij dat er een stove met een schoorsteen komt.
"Kontongo?!"
Nee, sorry, geen tijd voor lunch. Ik ga 'moitiee' van de stenen ophalen en naar Gunjur tuffen.
Wippend van de ene bil op de andere hobbel ik uren later het weggetje bij de Roundhut op. De buurkids dragen steen voor steen naarbinnen. Makam met drie tegelijk. Ik stapel ze op. Vier staand, vier liggend, etc etc.

Ondertussen heeft Pa me gebeld. De Stove in Busumbala is klaar! Hoera! De tiende!!
De Tiende van Tien!